Voor het bakken van deze appeltaart met hazelnoten en stroopwafels gebruiken we een springvorm van 26 centimeter.
Oven voorverwarmen op 180 graden.
De appels schillen en het klokhuis verwijderen. Snij de appels in schijfjes.
Van 1 ei het eigeel los kloppen. Snij de boter in kleine stukken.
Bloem boven een grote kom zeven, en de boter, de basterdsuiker, het los geklopte eigeel toevoegen.
Van dit mengsel met de hand of met de keukenmachine een stevig deeg kneden. Vorm het tot een bal.
De springvorm met wat boter invetten.
De bodem en de rand bekleden met deeg. Van de rand de bovenste centimeter niet bekleden.
Doe de schijfjes appel in een kom en voeg suiker, de gehakte hazelnoten, de citroenrasp, en het kaneelpoeder toe. Meng dit voorzichtig.
Schep dit mengsel op de bodem van de appeltaart.
De stroopwafels met de hand in stukjes breken en over de appels strooien.
Van het deeg dat nog over is rol je nu strepen met een dikte van ongeveer 1 centimeter.
Leg deze strepen over de bovenkant van de taart, van rand tot rand. De ene helft van links naar rechts, de andere helft van boven naar beneden. Zo ontstaat als het ware een ruit motief.
Druk de strepen aan de rand en waar de strepen elkaar raken wat aan.
Klop een ei los en strijk dit met een kwast over de strepen zodat deze met het bakken een mooie goudbruine kleur krijgen.
Plaats de springvorm in het midden van de oven, en bak de taart in 60 minuten goudbruin.
De taart geheel af laten koelen voordat je de springvorm kunt verwijderen.