In de appeltaart met mascarpone wordt gebruik gemaakt van een topping, maar als je dat liever niet wilt maken blijft het ook zonder topping een lekkere taart.
Snij de roomboter in kleinere stukken en doe dit in een grote kom.
Zeef het zelfrijzend bakmeel boven de kom, en die de overige ingrediënten er bij.
Met mixer meng je nu alles tot een stevig deeg.
Maak een bol van het deeg en verpak het in Aluminiumfolie. Laat het deeg ongeveer 45 minuten rusten in de koelkast.
Na dertig minuten de oven voorverwarmen op 179 graden.
Nu gaan de vulling maken.
Snij het vanillestokje in de lengte doormidden, en haal met een mes het merg uit beide helften.
Doe dit in een schone kom en voeg de suiker toe, en de mascarpone. Meng dit goed door elkaar.
Zeef de bloem boven de kom en voeg de eieren toe.
Klop het mengsel met een mixer op middelste stand totdat het glad is.
Vet een springvorm van 24 centimeter in met wat boter.
Bestuif het werkblad met wat bloem en haal het deeg uit de koelkast. Rol dit uit, en bekleed de springvorm.
Giet het mengsel met mascarpone in de springvorm.
Appels schillen en klokhuis verwijderen. De appels in schijfjes snijden en boven in de mascarpone steken of er bovenop leggen.
Meng de suiker met het kaneelpoeder en strooi dit over de bovenkant van de taart.
Plaats de springvorm in het midden van de oven en bak de taart in 50 minuten.
Laat de taart 15 minuten afkoelen voordat je de taart uit de springvorm haalt. Laat de taart nu helemaal afkoelen.
Verwarm de jam met het kraanwater en strijk dit met een mes voorzichtig over de bovenkant van de afgekoelde taart.
Hak de walnoten klein, en strooi deze stukjes over de jam.